Inleiding

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding - Inleiding

Op basis van artikel 6 van de financiële verordening wordt u doormiddel van de tussentijdse rapportage tweemaal per jaar geïnformeerd over de voortgang van de programmadoelen en de financiële stand van zaken. Voor u ligt de 2e tussentijdse rapportage over 2025. 

Per programma volgt een rapportage op de voortgang van de doelen en activiteiten uit de begroting 2025. Naast de doelen wordt er per programma een overzicht van de financiële afwijkingen gegeven groter dan € 50.000. Doordat de rapportage is afgerond op duizendtallen kunnen er kleine afrondingsverschillen ontstaan in de optellingen.

De doelen en activiteiten
De programmadoelen zijn vastgesteld in het coalitieakkoord. Daaronder hangen de activiteiten die er voor moeten zorgen dat de doelen worden gerealiseerd. U kunt dit dus lezen als de voortgang op de gestelde beleidsdoelen.

Door middel van een kleurenindicator wordt de voortgang op de activiteiten weergegeven. De betekenis van de indicatoren leggen wij hieronder uit. Indien een indicator oranje of rood is dan is een toelichting verplicht. Wanneer een activiteit is afgerond wordt dit aangegeven onder de kop Afgerond.

Indicator Toelichting
Groen:
Realisatie activiteit ligt op schema.
Oranje:
Realisatie activiteit loopt vertraging op, maar wordt nog wel gehaald.
Rood:
Realisatie van de activiteit wordt niet gehaald.

Toelichting op wijziging
Onder de kop Toelichting op wijziging treft u alle wijzigingen op de begroting aan die voort komen uit de tussentijdse rapportage.  Bij het toelichting van de wijzigingen hanteren we de volgende uitgangspunten:

  • Wanneer het verschil op de baten of de lasten per product groter is dan € 50.000 dan volgt hierop een toelichting. Afwijkingen kleiner dan €50.000 worden toegelicht wanneer er sprake is van een noemenswaardige oorzaak. Wanneer er een ‘min‘ teken voor een bedrag is weergegeven betekent dit een nadeel.
  • De cijfers worden in de tabellen afgerond op duizendtallen, waardoor er kleine afrondingsverschillen kunnen ontstaan.
  • In de toelichting wordt een incidenteel verschil aangeduid met een ‘I’ en wordt een structureel verschil aangeduid met een ‘S’.

Begrotingsresultaat

Terug naar navigatie - Inleiding - Begrotingsresultaat

Begrotingsresultaat
Het resultaat van de 2e rapportage 2025 bedraagt € 1.169.384 positief waardoor de begroting na verwerking van de 2e Tussentijdse rapportage 2025 uit komt op een voordelig begrotingsresultaat van € 4.466.285. De structurele mutaties uit deze tussentijdse rapportage worden meegenomen in de Begroting 2026.  

Investeringskredieten
Onder het hoofdstuk Financiën is een overzicht opgenomen met de benodigde aanpassingen van de investeringskredieten. Op basis van de huidige inzichten is een bijstelling van de kredieten van in totaal € 317.692 noodzakelijk. De bijstelling van de investeringskredieten heeft geen impact op het begrotingsresultaat 2025. De kapitaallasten behorend bij deze investeringen zijn € 18.531 en zien we terug in 2026 en verder.

Bedragen x €1.000
Omschrijving Begroting 2025 Begroting na wijziging 2025 Wijziging 2e Turap 2025 Begroting na 2e Turap 2025
Baten 72.490 80.691 2.463 83.154
Lasten -72.160 -83.673 -1.461 -85.134
Saldo baten en lasten 330 -2.982 1.002 -1.979
Onttrekkingen 2.583 6.739 167 6.906
Stortingen -418 -461 0 -461
Saldo onttrekkingen en stortingen 2.165 6.278 167 6.446

Toelichting op wijzigingen

Terug naar navigatie - Inleiding - Toelichting op wijzigingen

De belangrijkste wijzigingen uit deze tussentijdserapportage zijn hieronder weergegeven.

Bedragen x € 1.000

 Programma Omschrijving  Wijziging 2e Turap 2025 Incidenteel (I) / Structureel (S) 
01 Ynwenner en Bestjoer      
  Dotatie aan de wachtgeldvoorziening 
-274 I
90 Algemiene dekkingsmiddels      
  Bijstelling inkomsten uit de Algemene uitkering (gemeentefonds) van voorgaande jaren.
932 I
91 Overhead      
   Ophoging ziektevervangingsbudget -110 I
   Voordeel op dienstverleningsovereenkomst (DVO) met Noardeast Fryslân 156 S
Overige verschillen      
 

Voordeel op rentelasten van langlopende leningen. Een aantal investeringen zijn vooruitgeschoven in de tijd. Gevolg hiervan is dat er vanaf 2025 nog geen behoefte is aan een substantiële financiering, met bijbehorende rentelasten.

Het totale voordeel is structureel van aarde echter wel aflopend in omvang (2026:  € 390.000, 2027:  €130.000, 2028: € 44.000 en 2029: € 166.000) . Deze mutaties zijn meegenomen in de begroting 2026.

751 S
 

Overige verschillen < € 100.000

-286 I / S 
       
Totaal saldo wijziging   1.169  

Het college van burgermeester en wethouders.