Paragraaf weerstandsvermogen

2.1 Aanleiding en achtergrond

Terug naar navigatie - 2.1 Aanleiding en achtergrond

Aanleiding en achtergrond 
In de raadsvergadering van 27 februari 2024 is de nota risicomanagement en weerstandsvermogen vastgesteld. Deze bevat de volgende beslispunten:

  • De risicoanalyse vanuit NARIS behouden en verbeteren en de komende jaren het inzicht in risico’s en de sturing en beheersing van de risico’s verder te ontwikkelen
  • De jaarlijkse financiële houdbaarheidstest van de VNG te bespreken in de auditcommissie en eventuele aanbevelingen mee te nemen in de planning en control documenten
  • In de planning en control documenten een vereiste weerstandscapaciteit aan te houden van € 10 miljoen.

Dit gebaseerd op het verliesjaar 2019 met een periode van ombuiging gedurende 3 jaar. Wanneer uit de risico-inventarisatie van NARIS blijkt dat we een hoger bedrag moeten aanhouden dan € 10 miljoen dan hanteren we het bedrag uit de risico-inventarisatie. Doet zich de situatie voor dat de algemene reserve is gedaald beneden het minimale niveau van € 10 miljoen dan wordt in de paragraaf Weerstandsvermogen en Risicobeheersing gerapporteerd welke acties worden ondernomen om het weerstandsvermogen (op termijn) weer op de gewenste ondergrens te krijgen. 

De Gemeente Dantumadiel acht het wenselijk om risico's die van invloed zijn op de bedrijfsvoering beheersbaar te maken. Door inzicht in de risico's wordt de organisatie in staat gesteld om op verantwoorde wijze besluiten te nemen, zodat de risico’s nu en de risico’s gerelateerd aan toekomstige investeringen in verhouding staan tot de vermogenspositie van de organisatie. Om inzicht in de risico’s van de gemeente te kunnen verkrijgen is er een risico-inventarisatie uitgevoerd. Hieronder wordt verslag gedaan van de resultaten van de risico-inventarisatie. Op basis van de geïnventariseerde risico’s is tevens het weerstandsvermogen berekend.

2.2 Risicoprofiel

Terug naar navigatie - 2.2 Risicoprofiel

Om de risico's van de gemeente in kaart te brengen is een risico-inventarisatie uitgevoerd in samenwerking met de betrokken medewerkers uit de organisatie. Dit risicoprofiel is tot stand gekomen met behulp van een workshop waarbij gebruik is gemaakt van het softwareprogramma NARIS® (NAR Risicomanagement Informatie Systeem) waarmee risico's systematisch in kaart kunnen worden gebracht en beoordeeld. Uit de inventarisatie zijn vanuit de gemeente in totaal 46 risico's in beeld gebracht. In het onderstaande overzicht (tabel 1) worden echter alleen de top-20 risico's gepresenteerd welke gezamenlijk voor circa 80% het noodzakelijke weerstandsvermogen bepalen. 

Deze risico inventarisatie geeft een goed  inzicht in de aanwezige risico’s en stelt organisatie en bestuur in staat beter te sturen op de beheersing van risico’s en te bepalen welk weerstandsvermogen nodig is om financiële schade voortkomend uit risico’s te ondervangen. Het plan is om de komende jaren het inzicht in risico’s en de sturing en beheersing van de risico’s verder te ontwikkelen.

Tabel 1: belangrijkste financiële risico’s 

Risiconummer Risico omschrijving Gevolgen Invloed
R38 Prijsstijging van uit te besteden werk. Vertraging in leveringen. Prijsstijging inkoop bouwmateriaal. Financieel - Toenemende kosten bij onderhoud, vervanging en nieuwe projecten. 19.60%
R41 Lopende grondexploitaties worden verliesgevend, dan wel minder winstgevend. Financieel - Lopende grondexploitaties worden verliesgevend, dan wel minder winstgevend. 7.65%
R31 Areaal waterwegen inzichtelijk, maar risico bij de kosten van afvoer baggerspecie. Financieel - Met de huidige financiële middelen te weinig budget voor afvoer van grotere hoeveelheden baggerspecie. 6.99%
R23 Overtreding AVG Financieel - Impact kan omvangrijk zijn 6.09%
R8 Toename van het aantal jeugdvoorzieningen door meer aanvragen dan verwacht. Financieel - Er komt een overschrijding op de begrote budgetten. Deze overschrijding is afhankelijk van de zorgvraag en varieert per zwaarte van de zorgindicatie. 5.91%
R10 Energietoeslag gebruik regeling ligt hoger dan vergoeding Rijk. O.b.v. toelichting minister aan TK onduidelijk en onzeker of en in hoeverre volledige compensatie Financieel -  4.91%
R7 De positie van SDF staat te ver van de gemeenten Financieel - Het inkoopsysteem met betrekking tot jeugdzorg wordt inefficiënt en niet gedragen 4.90%
R12 Het budgethouderschap, de sturing en de control op de bewaking van budgetten is niet optimaal. Financieel - Overschrijding van budgetten 3.93%
R36 Vertraging bij werkzaamheden door derden op het gebied van nutsvoorzieningen. Financieel - Vertraging bij opstarten of vertraging in uitvoering van projecten. 3.92%
R11 Oneigenlijk gebruik van gemeenschapsgeld door dubieuze zorgaanbieders (fraude) Financieel - Gemeente betaalt voor zorg die niet volgens afspraak wordt geleverd 2.96%
R32 Extreem hoog ziekteverzuim van het gemeentelijke personeel Financieel - er moet meer personeel van derden worden ingehuurd 2.95%
R29 Verandering klimaat Financieel - Toenemende kosten op het gebied van onderhoud en calamiteiten door veranderend klimaat en grotere weer extremen. 2.79%
R46 Verontreiniging (bodem, bouwwerken, objecten, etc.) door derden die door de gemeente gesaneerd moet worden Financieel - Opruimkosten (sanering, etc.) 2.76%
R13 Vertrek van gemeentelijke medewerkers Financieel - Extra kosten voor de duurdere inhuur van personeel van derden, extra werkdruk op organisatie, 2.52%
R28 Naheffing en/of boete van belastingdienst, UWV, ABP of een andere formele instantie (belastingdienst) Financieel - Financiële naheffing en/of boete 2.48%
R45 Afvaldumpingen op gemeentegronden Financieel - Kosten van opruimen van afvalstoffen 2.35%
R24 Risico rubber infill sportvelden Financieel - Hoge kosten voor preventieve maatregelen rondom bestaande velden. 1.96%
R19 Overlast van exoten Financieel - op een alternatieve (duurdere) wijze bestrijden van exoten 1.95%
R30 Niet voldoen aan (Europese) aanbestedingsregels Financieel -  1.41%
R40 Boomziekten en plagen. Financieel - Hoge kosten voor opruimen van bomen en planten, bij herplanten van bomen en planten en van plaagbestrijding. 1.40%

Op basis van de ingevoerde risico's is een risicosimulatie in NARIS uitgevoerd. De risicosimulatie is toegepast omdat het reserveren van het maximale bedrag niet nodig is. De risico's zullen immers niet allemaal tegelijk en in hun maximale omvang optreden. Figuur 1 en tabel 2 tonen de resultaten van de risicosimulatie.

Figuur 1: Uitkomsten kansverdeling

Tabel 2: Benodigde weerstandscapaciteit bij verschillende zekerheidspercentages

Percentage Bedrag
5% € 393.606
10% € 478.423
15% € 543.282
20% € 597.204
25% € 644.495
30% € 689.186
35% € 732.217
40% € 774.142
45% € 815.733
50% € 857.178
55% € 901.426
60% € 946.355
65% € 993.185
70% € 1.042.516
75% € 1.099.924
80% € 1.166.263
85% € 1.246.893
90% € 1.357.071
95% € 1.530.241

Uit de bovenstaande grafiek (figuur 1) en de bijbehorende tabel 2 is te concluderen dat het voor 90% zeker is dat alle risico's kunnen worden afgedekt met een weerstandsvermogen van afgerond € 1.357.000 (benodigde weerstandscapaciteit). Naris adviseert bij de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit uit te gaan van de risicosimulatie en van een zekerheidspercentage van 90%. 

2.3 Beschikbare weerstandscapaciteit

Terug naar navigatie - 2.3 Beschikbare weerstandscapaciteit

De beschikbare weerstandscapaciteit van Gemeente Dantumadiel bestaat uit het geheel aan middelen dat de organisatie daadwerkelijk beschikbaar heeft om de risico's in financiële zin af te dekken.

Tabel 3: Beschikbare weerstandscapaciteit

Weerstand Bedrag
Algemene reserve  € 10.035.000 
Rekeningresultaat € 2.495.000 
Totale weerstandscapaciteit € 12.531.000 

Relatie benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit
Om te bepalen of het weerstandsvermogen toereikend is, dient de relatie te worden gelegd tussen de financieel gekwantificeerde risico's en de daarbij gewenste weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit. De relatie tussen beide componenten wordt in onderstaande figuur weergegeven.

De benodigde weerstandscapaciteit die uit de risicosimulatie voortvloeit kan worden afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van die berekening vormt het weerstandsvermogen.

Ratio weerstandsvermogen = Beschikbare weerstandscapaciteit = € 12.531.000 = 9,23
Benodigde weerstandscapaciteit € 1.357.000

De normtabel (tabel 4) is ontwikkeld in samenwerking met de Universiteit Twente. Het biedt een waardering van het berekende ratio.

 Tabel 4: Weerstandsnorm

Waarderingscijfer Ratio Betekenis
A > 2,0 Uitstekend
B 1,4 - 2,0 Ruim voldoende
C 1,0 - 1,4 Voldoende
D 0,8 - 1,0 Matig
E 0,6 - 0,8 Onvoldoende
F < 0,6 Ruim onvoldoende

De ratio van de organisatie valt in klasse A. Dit duidt op een uitstekend weerstandsvermogen. 

De uitkomst van Naris is lager dan 10 miljoen en de ondergrens volgens de nota weerstandsvermogen is een minimum van 10 miljoen. Hier wordt in deze programmabegroting  aan voldaan.

Echter, het weerstandsvermogen alleen zegt niet zoveel over de financiële positie van de gemeente. Om een beter beeld te krijgen van de financiële positie moeten verschillende kengetallen, opgenomen onder het kopje ‘Kengetallen’ in samenhang beoordeeld worden. Alleen gezamenlijk en in hun onderlinge verhouding geeft dit een goed beeld van de actuele financiële positie.

2.4 Kengetallen

Terug naar navigatie - 2.4 Kengetallen

Kengetallen zijn getallen die de verhouding uitdrukken tussen bepaalde onderdelen van de begroting of de balans en kunnen helpen bij de beoordeling van de financiële positie van gemeenten. Om dit te bereiken is de BBV op dit onderdeel aangepast en wordt deze paragraaf uitgebreid met de volgende kengetallen voor:

  • Netto schuldquote;
  • Solvabiliteitsratio;
  • Grondexploitatie;
  • Structurele exploitatieruimte;
  • Belastingcapaciteit.

Deze kengetallen maken inzichtelijk over hoeveel (financiële) ruimte de gemeente beschikt om structurele en incidentele lasten te kunnen dekken of opvangen. Ze geven zodoende inzicht in de financiële weerbaar- en wendbaarheid van de gemeente. 

Netto schuldquote / Netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen
Hoe hoger de schuld hoe hoger de netto schuldquote. De netto schuldquote laat de verhouding zien tussen de schuldenlast van de gemeente ten opzichte van de eigen middelen van de gemeente en geeft een indicatie van de druk van de rentelasten en de aflossingen op de exploitatie. Om inzicht te verkrijgen in hoeverre er sprake is van doorlenen wordt de netto schuldquote zowel in- en exclusief doorgeleende gelden weergegeven.

  Rekening 2023 Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Netto schuldquote 23% 48% 67% 84% 84% 79%
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen 20% 45% 64% 81% 81% 77%

De schuldquote stijgt  over de jaren, wat betekent dat we voor het uitvoeren van de begroting extra leningen moeten aan trekken. Dit heeft een directe relatie met de investeringen die op planning staan gedurende deze periode (o.a. MFC Feanwâlden). De VNG adviseert om met de schuldquote binnen de 100% te blijven. De signaalwaarde voor de netto schuldquote bedraagt 130%. Bij deze signaalwaarde is sprake van een relatief hoge schuldendruk. 

Solvabiliteitsratio
De solvabiliteitsratio (= Eigen Vermogen / Totaal Vermogen) geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Hoe hoger de solvabiliteitsratio, hoe weerbaarder de gemeente is.

  Rekening 2023 Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Solvabiliteit 28% 21% 18% 16% 16% 17%

Harde normen voor de waarde die de solvabiliteit zou moeten hebben, zijn er niet. Zeker niet voor gemeenten. De signaalwaarde voor de solvabiliteit bedraagt 5%, bij een lagere uitkomst heeft de gemeente een hoge schuldbelasting van het bezit. De Solvabiliteit van een gemeente is relatief laag doordat veel van de activa van de gemeente niet verhandelbaar is. Een solvabiliteit van rond de 20% wordt door de VNG gezien als minimale streefwaarde. In de voorliggende begroting  daalt de solvabiliteit onder deze minimale streefwaarde van 20%. Het aangaan van extra leningen is onvermijdelijk om de geplande investeringen in de periode 2025 t/m 2029 te financieren.  De verhouding tussen het vreemd vermogen en het eigen vermogen zal hierdoor wijzigen.  

Grondexploitatie
Het kengetal grondexploitatie geeft aan hoe groot de grondpositie (waarde van de grond) is ten opzichte van de totale (geraamde) baten uit de exploitatie. Omwille van de vergelijkbaarheid van jaar op jaar is voor alle jaren uitgegaan van grond waarden exclusief niet in exploitatie genomen gronden (zoals vanaf de jaarrekening 2016 voorgeschreven door het BBV).

  Rekening 2023 Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Grondexploitatie 2% 2% 2% 3% 3% 3%

De grondexploitatieratio geeft aan hoe groot de waarde van de grond is ten opzichte van de baten. Hoe minder grond een gemeente verkoopt, hoe hoger de grondpositie en hoe hoger de boekwaarde. Een grondexploitatie van 10% of hoger wordt beschouwd als kwetsbaar. Een laag percentage betekent dat de grondposities van de gemeente beperkt zijn. De grondexploitaties nemen wel toe na vaststelling van de bestemmingsplannen Botkeskoalle te Damwâld, De Westereen Tuorrebout, Feanwâlden De Bosk fase 2, Rinsumageest en Wâlterswald. 

Structurele exploitatieruimte
Dit kengetal geeft aan hoe groot de structurele exploitatieruimte is, doordat wordt gekeken naar het saldo van de structurele baten en structurele lasten en dit saldo wordt afgezet tegen de totale baten.

  Rekening 2023 Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Structurele exploitatieruimte -5% 4% 4% 1% 0% 1%

Belastingcapaciteit: woonlasten meerpersoonshuishouden
De ruimte die een gemeente heeft om haar belastingen te verhogen wordt vaak gerelateerd aan de woonlasten Het Coelo publiceert deze lasten ieder jaar in de Atlas van de lokale lasten. Onder de woonlasten worden verstaan de OZB en de rioolheffing en reinigingsheffing voor een woning met gemiddelde WOZ-waarde in die gemeente. De belastingcapaciteit van gemeenten wordt daarom berekend door de totale lasten woonlasten meerpersoonshuishouden in jaar t te vergelijken met het landelijk gemiddelde in jaar t-1 in en uit te drukken in een percentage.

  Rekening 2023 Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Belastingcapaciteit 103% 88% 85% 85% 85% 85%